Nieuwsitems

Ondernemende geitenhouder doet alles in eigen beheer

Blog

‘Wie de boer niet kent’ is een nieuwe afleveringenreeks die RTL4 uitzendt. In dit programma laten onze boeren de praktijk zien. In dit blog laat de VanDrie Group ze aan het woord. Dit is deel vijf: Roy Maar, geitenhouder in Siebengewald (L.) en daarnaast lammerenspecialist van Alpuro Breeding. Een gesprek over ondernemerschap, het belang van dierwelzijn, eigen verwerking en een sterk boerenverhaal.  

In de Noord-Limburgse Maasduinen – op een steenworp afstand van de Duitse grens – hebben Roy Maar (32) en Lisanne van de Mast (29) een kleinschalig geitenbedrijf én boerderijwinkel: Geitengeluk. In de rustige, extensieve regio kochten de jonge ondernemers in 2018 een pluimveestal met twee hectare grasland. De milieuvergunning werd daarbij omgezet naar 200 melkgeiten en 180 lammeren. “We konden al vrij snel aan de slag”, vertelt Roy. “De stal was al prima en goed geïsoleerd. We hebben alleen hekwerk geplaatst, stro gestrooid en geïnvesteerd in tl-verlichting en een melktafel zodat we onze geiten konden melken.”

Op dit moment melken Roy en Lisanne 45 geiten die zoveel mogelijk buiten lopen. Als die geiten in januari/februari gaan lammeren zullen er uiteindelijk nog zo’n 30 dieren bijkomen. Toch is groei geen bedrijfsdoel. Juist de kleinschaligheid, optimale verwaarding en de eigen vermarkting zijn dé sterke punten van het bedrijf. Daarbij staat dierenwelzijn zeer hoog in het vaandel. “Op dat vlak scoren we heel hoog”, zegt Roy. “We onthoornen bijvoorbeeld geen melkgeiten en laten bokjes de eerste maanden in de groep bij de moeder lopen. Sterker: bokjes blijven zelfs zeven maanden op het bedrijf. Dat is wel uniek in onze sector en het grote voordeel van een kleiner bedrijf zoals het onze. We zijn misschien niet biologisch, maar qua welzijn willen we vooroplopen.”

Alles in eigen beheer

Het grote voordeel van een kleiner bedrijf is dat Roy en Lisanne bijna alles zelf kunnen doen. Van geitenverzorging tot schoonmaken, van verwerking tot marketing en van transport tot verkoop. Het maakt dat ze een sterk en overtuigend boerenverhaal hebben. “Het is misschien een romantisch beeld, maar mensen waarderen het enorm dat de boer van begin tot eind bij zijn product betrokken is.”

Roy en Lisanne verkopen in hun boerderijwinkel zowel zuivel als vlees van hun dieren. Dieren worden optimaal verwaard en er gaat geen druppel melk naar de fabriek. “We produceren jaarlijks zo’n 36.000 liter geitenmelk en dat gaat allemaal de dagverse zuivel in”, vertelt Roy. “We hebben onze eigen kaasmakerij en melk gaat dagelijks de kaastobbe/koeltank in waar we de melk tot drie graden Celsius kunnen koelen. Van deze melk maken we yoghurt, kwark, smeerkaas, hangop en harde kazen en daarin is maatwerk mogelijk.” Ook de wei die in dit proces als restproduct vrijkomt, wordt verwaard. “Die wei gebruiken we voor onze varkens die 24 uur per dag buiten lopen. Het vlees van die dieren verkopen we ook in onze winkel. Dat gaat om zo’n tien varkens per jaar.”

ONS BEDRIJF IS KLEIN, MAAR FINANCIEEL WORDT HET TOCH INTERESSANT OMDAT WE ALLES VERWAARDEN EN VEEL IN EIGEN BEHEER DOEN.

ROY MAAR

Hetzelfde geldt voor het vlees van de bokjes die lang bij de moeder blijven en pas na zeven maanden van het bedrijf vertrekken. Roy: “De bokjes worden in de regio geslacht en bij onze dorpsslager verder verwerkt. Die maakt er onder meer saté, stoofvlees en droge worstjes van.” Roy en Lisanne halen de producten vervolgens zelf op en vacumeren ze ook. 

Een ander sterk punt van Roy en Lisanne is dat ze zoveel mogelijk zelfvoorzienend proberen te zijn. Ze voeren hun geiten grotendeels gras en dat kunnen ze voor driekwart van eigen land halen. “We komen nu nog iets te kort en kopen gras van onze buren, maar we zijn bezig om wat extra land te pachten van de gemeente.” Het rantsoen wordt daarnaast aangevuld met een klein beetje krachtvoer; 900 gram per geit per dag. “Ook daar kijken we naar herkomst. Het krachtvoer komt uit Europa en is non-GMO.” Stro halen Roy en Lisanne dan weer uit de directe omgeving; van een bio-boer net over de grens en een gangbare loonwerker.

Meerdere afzetkanalen en risicospreiding

Roy en Lisanne zijn jonge ondernemers met passie voor hun vak. Voor de verkoop van zuivel en vlees van eigen geiten gaan ze elke zaterdag de boer op. De één staat dan in de boerderijwinkel en de ander gaat met een marktwagen naar een lokale markt. “We zijn trots op onze producten en willen dat ook laten zien”, zegt Roy. De ondernemers spreiden daarbij wel hun kansen. Naast de boerderijwinkel en markten verkopen ze ook via hun eigen webshop, via andere boerderijwinkels of gaan ze op zoek naar restaurants en andere horeca in de omgeving. Lokaal staan ze al op meerdere plekken op de menukaart. "Ons bedrijf is klein, maar financieel wordt het toch interessant omdat we alles verwaarden en veel in eigen beheer doen" vertelt Roy.

De jonge ondernemers maken ook graag tijd om hun bedrijf te laten zien. Ze geven rondleidingen en houden proeverijen. “Dat kost tijd, maar we vinden het belangrijk om te laten zien wat we doen. We zitten in een prachtige sector en dan is het jammer dat het te vaak over Q-koorts gaat.”

Roy en Lisanne merken dat mensen de geitenhouderij en hun bedrijfskeuzes ook waarderen. Bijvoorbeeld als ze uitleggen dat ze de bokjes op het bedrijf houden. “Als je mensen meekrijgt in je verhaal, geeft dat veel energie”, zegt Roy. “Zelf leren we bovendien ook, je wordt bewuster.” Als voorbeeld noemt hij dat sommige klanten hem wezen op het gebruik van plastic verpakkingen. “Daar zijn we mee gestopt en in plaats van plastic gebruiken we nu glas.”

Vragen?

Heb je naar aanleiding van dit artikel vragen of opmerkingen? We horen graag van je! Stel je vraag via ons contactformulier.

Laad meer berichten